De Gelaagdheid van Dekolonisatie en Ambacht: Een Gesprek met Marcos Kueh
Moed, verhalen en een diepe verbondenheid met erfgoed vormen de kern van het werk van Marcos Kueh (1995), een Maleisische kunstenaar die deels in Nederland woont. Met een achtergrond in grafisch ontwerp en reclame, en een persoonlijke ontdekkingsreis in ambacht, slaan zijn geweven billboards een brug tussen eeuwenoude tradities en hedendaagse verhalen. In 2024 ontving Marcos een beurs van het Mondriaan Fonds, wat hem de vrijheid gaf om zijn praktijk verder te ontwikkelen. Binnenkort is zijn installatie te zien op de Prospects-sectie van Art Rotterdam, waar hij de complexiteit van zijn werk verkent in relatie tot dekolonisatie, persoonlijke groei en de verfijning van ambacht.
Wat is de rode draad in je werk?
“Mijn werk draait om storytelling,” begint Marcos. “Opgroeien in postkoloniaal Maleisië heeft mijn kijk op de wereld gevormd. Dekolonisatie als onderwerp voelt soms erg eurocentrisch, omdat veel academische theorieën zijn ontwikkeld binnen Europese instellingen. Toch werd de dekolonisatiebeweging zelf aangestuurd door de kracht en veerkracht van de gekoloniseerde landen. Hun stemmen zijn onmisbaar om de volledige complexiteit ervan te begrijpen.
Als iemand uit een voormalig gekoloniseerd land merk ik dat wij op een heel andere manier over dekolonisatie spreken. Welke taal gebruiken we om ons verleden met onszelf en met anderen te delen? Die vragen vormen de kern van mijn praktijk.”
Voor Marcos is textiel een brug tussen het verleden en het heden. “Lang voor pen en papier vertelden onze voorouders uit Borneo hun verhalen via textiel. Als hedendaags wever zie ik mijn werk als een voortzetting van die traditie. Ik vraag me af welke verhalen ik wil achterlaten voor mijn generatie en die na mij.”
Hoe ben je bij textiel terechtgekomen?
“Ik heb een achtergrond in grafisch ontwerp en reclame, maar ik ben altijd gefascineerd geweest door de lokale beeldcultuur. Vooral textiel heeft een enorme kracht om verhalen te vertellen. In het begin benaderde ik textiel puur academisch en verdiepte ik me in de geschiedenis en culturele betekenis ervan. Toch vroeg ik me af of de samenleving - en vooral mijn familie - me ooit als textielkunstenaar zou accepteren. In Borneo wordt textiel vaak geassocieerd met een lagere sociale klasse, en kiezen voor een carrière hierin voelde als een risico.”
De echte ommekeer kwam in Nederland, waar Marcos van theorie naar praktijk overstapte. Tijdens zijn studie aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag ontdekte hij de textielwerkplaats en bezocht hij het TextielMuseum. “Pas toen besefte ik de complexiteit van het ambacht. Werken met een weefgetouw vereist berekeningen, de juiste spanning, patroonontwikkeling en kennis van chemische verfstoffen. Dat veranderde mijn blik: de mensen in de dorpen zijn allesbehalve primitief; hun systemen zijn juist ongelooflijk verfijnd. Dat inzicht veranderde niet alleen hoe ik naar ambacht keek, maar ook hoe ik mezelf zag. Ik hoefde me niet langer te verontschuldigen voor waar ik vandaan kom.”
Hoe beïnvloedt dekolonisatie jouw werk?
“Toen ik op school voor het eerst over dekolonisatie sprak, barste ik vaak in tranen uit,” geeft Marcos toe. “Het is een academisch onderwerp, maar voor degenen die in dat systeem hebben geleefd, is het iets heel persoonlijks. Die emotionele lading beïnvloedt niet alleen hoe ik over dekolonisatie praat, maar ook hoe ik mijn werk presenteer. Mijn werk is gelaagd en biedt ruimte voor uiteenlopende interpretaties. Sommigen zien alleen de schoonheid van de stoffen en patronen, anderen duiken dieper in de verhalen erachter.”
Voor Marcos is gastvrijheid een andere manier om dekolonisatie te benaderen. “Gastvrijheid is een ambacht op zich. Hoe je mensen ontvangt en verwelkomt, is een vaardigheid. In mijn werk denk ik na over wie ik uitnodig in het gesprek en welke taal ik gebruik om hen erbij te betrekken. Verschillende culturen kijken anders naar verhalen en erfgoed, en ik wil dat mijn werk die openheid en toegankelijkheid weerspiegelt.”
Hoe combineer je traditionele ambacht met hedendaagse concepten?
Marcos ziet sterke parallellen tussen inheemse tradities en moderne systemen zoals het kapitalisme. “In traditionele culturen is er een juiste tijd voor alles: verhalen over de oogst, het leven, de dood. Net zoals reclamecampagnes werken: je kiest het juiste moment om een verhaal te vertellen en de impact ervan te maximaliseren. In mijn werk onderzoek ik hoe deze werelden elkaar kruisen.”
Deze dualiteit komt tot uiting in zijn installaties, waarin textielwerken - zijn geweven billboards - vaak aan het plafond hangen. “Het voelt als een wandeling door het regenwoud,” legt Marcos uit. “Maar in plaats van bladeren en bomen word je omringd door geweven advertenties. Het is een speelse herinterpretatie: wat als Borneo, en niet New York, het culturele middelpunt van de wereld was?”
Waarom hangt je werk vaak boven ooghoogte?
“Daar had ik eigenlijk nooit eerder over nagedacht,” geeft Marcos toe. “In veel musea worden kunstwerken uit gekoloniseerde culturen op ooghoogte of lager gepresenteerd, alsof ze enkel curiositeiten zijn en geen culturele schatten. Misschien is mijn beslissing om mijn werk op te hangen wel een onbewuste reactie op dat perspectief.”
Veel van zijn installaties eindigen met een grote geweven poster die als een waterval valt, geïnspireerd door de verhalen van Borneo. “Daarin wordt verteld dat onze voorouders via watervallen afdalen naar de aarde om de levenden te bezoeken," vertelt Marcos. "Door het werk op deze manier te presenteren, nodig ik mensen uit om letterlijk en figuurlijk op te kijken naar hun erfgoed.
Hoe heeft de beurs van het Mondriaan Fonds jou en je werk beïnvloed?
“De beurs gaf me moed,” zegt Marcos. “In postkoloniale landen leren we voorzichtig te zijn met middelen, kansen, eigenlijk met alles. Deze beurs voelde als een bevestiging om vrij te creëren. Het is ook emotioneel. Kunst draait niet alleen om middelen, maar ook om emotionele veerkracht. Wanneer iemand in je gelooft, motiveert dat je om het beste uit jezelf te halen, niet alleen voor jezelf, maar ook voor de samenleving.”
Wat ga je tonen op Art Rotterdam?
“Op Art Rotterdam’s Prospects presenteer ik een installatie die oorspronkelijk werd gemaakt voor Manifesta 15, waar het te zien was in een 17e-eeuwse kerk in Barcelona,” legt Marcos uit. “Opgroeien in een postkoloniaal land deed me afvragen of mijn interesse in het christendom voortkwam uit geloof, of uit de wens om dichter aan te leunen bij Westerse idealen. De installatie is een diep persoonlijke reflectie op die worsteling. Het werk is in tweeën gesplitst en symboliseert de voortdurende innerlijke strijd met identiteit als postkoloniale persoon: het verscheurd zijn tussen acceptatie en afwijzing, het gevoel van nooit compleet te zijn. Geplaatst tegenover de historische religieuze schilderijen van de kerk, fungeerde het werk ook als een bekentenis: ‘Met het geloof dat ons werd opgelegd, worstelen we nog steeds.’”
Geschreven door Emily Van Driessen