Een broos monument van een vervlogen verleden: Anne Wenzel’s buste van Johan Maurits in Sculpture Park
“Wat doe je met al die standbeelden van controversiële historische figuren uit het verleden?”, vroeg Anne Wenzel zich af. Dit dilemma was het startpunt voor haar project House of Fools. Tijdens Art Rotterdam, van 28 tot en met 30 maart 2025 in Ahoy Rotterdam, presenteert AKINCI uit Amsterdam de buste House of Fools (Johan Maurits) in Sculpture Park. Wenzel is gefascineerd door de manier waarop wij in het heden omgaan met de monumenten van onze “helden” uit het verleden. Haar serie House of Fools is een reactie op de recente beeldenstorm waarin standbeelden van historische figuren – vanwege hun omstreden verleden - van hun sokkels worden getrokken. “Met deze beelden toon ik de pronk, de pracht en de praal van macht. Mét verval. Van binnenin lijkt het alsof ze zijn weggevreten of uit elkaar breken”, aldus Wenzel. De buste die zij maakte van Johan Maurits van Nassau Siegen is geen eerbetoon aan deze gouverneur van de voormalige Nederlandse kolonie in Brazilië. In plaats daarvan stelt Wenzel de vraag: wat betekent dit beeld nog, nu we Johan Maurits niet langer onvoorwaardelijk als held beschouwen? Ze biedt daarmee een alternatief voor de eeuwige strijd tussen het bewaren en vernietigen van beelden.

Een absurd verzoek op Art Rotterdam
“Wil je tegen me boksen?” Die vraag legde Deirdre Carasso, voormalig directeur van het Stedelijk Museum Schiedam, voor aan Wenzel op Art Rotterdam 2019. Als directeur van het museum kreeg Carasso de taak verbinding te leggen tussen het museum en de stad. Een bokswedstrijd leek haar een goede manier om een brug te slaan tussen kunst en engagement. “Waarom vraag je mij niet om een tentoonstelling te maken, daar ben ik toch veel beter in?” vroeg Wenzel zich af. Ze accepteerde het verzoek onder de voorwaarde dat ze, bij winst, artistieke vrijheid zou krijgen in het museum. Wenzel won, en bracht als reactie op deze “absurde” vraag de vele aspecten van macht in beeld.

Hedendaagse beeldenstorm
De grootste zaal in het Stedelijk Museum Schiedam werd gewijd aan de serie House of Fools, bestaande uit donkere goudkleurige keramische bustes. Naast Johan Maurits waren hier ook historische “helden” als Jan Pieterszoon Coen en Witte Corneliszoon de With te zien, allen gebaseerd op standbeelden die recent vernield, beklad of verwijderd werden. Het beeld dat ze maakte van De With werd vorig jaar door het Museum Boijmans van Beuningen aangekocht. Als beeldhouwer ervaart Wenzel “pijn” bij het aanschouwen van de hedendaagse beeldenstorm. Het is niet alleen het verdwijnen van standbeelden uit de publieke ruimte dat haar raakt, maar ook dat daarmee het werk van haar collega’s teniet wordt gedaan. In 2017 werd het standbeeld van Johan Maurits uit de ontvangsthal van het Mauritshuis verwijderd. Dit alles gebeurde stilzwijgend, het beeld werd onverhoeds overgebracht naar het depot. Het verwijderen van het standbeeld werd gezien als blijk van afkeuring van het vermeende aandeel van Johan Maurits in de slavenhandel. Het Mauritshuis koos ervoor om de omstreden geschiedenis rondom Johan Maurits – naamgever van het museum – elders in museum toe te lichten, maar dan zonder het standbeeld. De keuze van het Mauritshuis sluit aan bij een trend waarbij steeds meer musea en overheidsinstanties lijken te kiezen voor de verwijdering van standbeelden van omstreden helden uit het verleden. Alhoewel Wenzel de noodzaak ziet om kritisch naar het eigen verleden te kijken, vraagt ze zich af of een dergelijke beeldenstorm de juiste oplossing is. Dus besloot ze er haar nieuwe project van te maken.

De spanning tussen verval en grandeur
De buste van Johan Maurits zit vol gaten waar een groenig glazuur uit lijkt te druppelen. Ook zijn gezicht is aangetast: “Er lijkt in te zijn gehapt door een monster, andere delen lijken door brand aangetast”, aldus Wenzel. Het voetstuk van de buste is ook niet meer helemaal intact, waarmee het beeld ieder moment dreigt om te vallen. Onderaan op de sokkel liggen keramische tegels waarin voetsporen staan afgedrukt. Het beeld lijkt hierdoor zijn eigen verval te weerspiegelen. Door de buste te beschadigen, wil de kunstenaar zijn onberispelijke imago ter discussie stellen. Wenzel laat ons nadenken over hoe we omgaan met de herinnering aan deze gouverneur, als onderdeel van een systeem van uitbuiting en onderdrukking. Ze laat daarmee zien dat er ook andere manieren zijn om met het verleden om te gaan.
Naast tekenen van verval wordt ook de grandeur van deze omstreden historische held benadrukt. Wenzel bracht een spiegelend goudglazuur aan, waarmee de kijker tegelijkertijd geconfronteerd wordt met zijn eigen reflectie. De kunstenaar had echter een probleem toen het beeld niet het gouden effect kreeg zoals ze beoogde. Het glazuur bleek erg gevoelig voor temperatuur en dus moest Wenzel experimenteren met andere manieren van stoken. Bij 1080 graden bleven de bustes dof zwart, maar toen ze de oven verder verhitte, verscheen er een gouden glans. Het was de finishing touch van deze serie werken. Wenzel laat ons zien: monumenten worden met liefde gebouwd – ook in hun verval verdienen ze eerbied en respect.
Geschreven door Martine Bontjes